CFG7C
Een hond, een kat, een haantje, die trokken blij van zin,
CFG7C
als Bremer muzikanten, de wijde wereld in.
AmE7Am
Wat later sloot een ezel zich bij hun troepje aan
AmD7G
en waar zij speelden kwamen de mensen om hen staan.
[Chorus]
CFCFG7CGC
Want de kat miauwde en speelde klarinet: fledderet, fledderet, fledderet !
EmD7GD7GD7G
En het haantje kraaide en blies op de trompet: tedderet, tedderet, tedderet !
GC
En de hond, als bazuin, wifwafte, grom grom grom !
FCGC
Terwijl de ezel "hiha" deed: die sloeg de grote trom,
C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet,
CG7C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet, bom, bom !
[Verse 2]
CFG7C
Maar zek're donk're avond, verdwaald in 't bos naar 't scheen,
CFG7C
daar zagen zij een lichtje dat uit een venster scheen.
AmE7Am
Zij keken in de kamers: het was een roversnest !
AmD7G
Ons moedig viertal schrok wel, maar zong toch om het best !
[Chorus]
CFCFG7CGC
Want de kat miauwde en speelde klarinet: fledderet, fledderet, fledderet !
EmD7GD7GD7G
En het haantje kraaide en blies op de trompet: tedderet, tedderet, tedderet !
GC
En de hond, als bazuin, wifwafte, grom grom grom !
FCGC
Terwijl de ezel "hiha" deed: die sloeg de grote trom,
C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet,
CG7C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet, bom, bom !
[Verse 3]
CFG7C
De rovers die, gezellig, daar feestten in de zaal,
CFG7C
die dachten zich verraden en gingen aan de haal !
AmE7Am
Men zag ze nooit nog weder, ons vrolijk viertal zei:
AmD7G
"Waarom nog verder trekken ? Hier zijn en blijven wij !"
[Chorus]
CFCFG7CGC
Want de kat miauwde en speelde klarinet: fledderet, fledderet, fledderet !
EmD7GD7GD7G
En het haantje kraaide en blies op de trompet: tedderet, tedderet, tedderet !
GC
En de hond, als bazuin, wifwafte, grom grom grom !
FCGC
Terwijl de ezel "hiha" deed: die sloeg de grote trom,
C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet,
CG7C
Bom, bom, bom, bom, fledderet, tedderet, bom, bom !